De afgelopen jaren ben ik qua wijnland steeds meer van Chili gaan houden, zeker nadat ik er eind 2017 zelf doorheen heb gereisd. Het enige land waar de druifluis de wijngaarden niet heeft verwoest, met als resultaat nog steeds de originele wijnstokken. Bekend om de goedkope wijnen van goede kwaliteit, meestal gemaakt van de druiven die we uit Frankrijk kennen, zoals chardonnay en sauvignon blanc voor wit, en cabernet sauvignon, merlot en syrah voor rood. En uiteraard de rode druif carmenère, die jaren voor merlot is aangezien, en die in Chili een nieuw en goed huis heeft gevonden, na gevlucht te zijn uit de Bordeaux regio (waar deze laat rijpende druif te vaak niet rijp werd). De Chilenen slagen er steeds beter in om de juiste druiven op de juiste plekken aan te planten, met als resultaat spannende wijnen van uitstekende kwaliteit, voor concurrerende prijzen.
En er zijn enorm veelzijdige gebieden waar in Chili druiven kunnen groeien, vanwege de enorme lengte van het land van noord naar zuid (bijna 6500 kilometer!), en van west naar oost invloeden van de zee, warmte in de valleien, of de hoogte van de Andes. De volgende wijnvalleien worden onderscheiden in Chili (van noord naar zuid):
- Elqui Valley
- Limari Valley
- Choapa Valley
- Aconcagua Valley
- Casablanca Valley
- San Antonio Valley
- Maipo Valley
- Cachapoal Valley
- Colchagua Valley
- Curicó Valley
- Maule Valley
- Itata Valley
- Bío Bío Valley